De betekenis van het woord 'epibreren'
Het woord 'epibreren' is een typisch voorbeeld van een Nederlands verzonnen werkwoord dat weliswaar niet in het officiële woordenboek voorkomt, maar toch bij veel mensen een glimlach oproept. Het betekent iets doen wat lijkt op werk, maar in werkelijkheid volkomen zinloos of slechts schijnactiviteit is. Soms wordt het ook gebruikt om aan te geven dat iemand anderen met een kluitje in het riet stuurt door een vage of nietszeggende handeling te verrichten.
De oorsprong van 'epibreren'
Het woord 'epibreren' is afkomstig van het werk van de Nederlandse schrijver Simon Carmiggelt. Hij gebruikte het in zijn dagelijkse krantencolumns in de jaren 40 en 50 als verzonnen woord om bureaucratie en zinloze bezigheden op de hak te nemen. In een van zijn verhalen gebruikte een gemeentelijke ambtenaar het woord om aan te geven dat hij te druk was ‘aan het epibreren’ en dus geen tijd had om zich met andere zaken te bemoeien. De ironie en humor in het woord vielen in de smaak bij het publiek en het bleef hangen.
Waarom wordt 'epibreren' nog steeds gebruikt?
Hoewel 'epibreren' geen officieel Nederlands werkwoord is, gebruiken mensen het nog steeds in informele gesprekken. Het is vooral populair in situaties waarin mensen hun ongenoegen willen uiten over bureaucratische processen, inefficiënte vergaderingen of administratie die nergens toe leidt. Het gebruik van 'epibreren' is een manier om op luchtige wijze kritiek te uiten zonder expliciet negatief te zijn.
Is 'epibreren' typisch Nederlands?
Het concept achter 'epibreren' – namelijk zinloos doen alsof je werkt – is natuurlijk universeel, maar het woord zelf is zeer specifiek voor de Nederlandse taal en cultuur. Het weerspiegelt de Nederlandse neiging tot taalgrapjes, ironie en het doorprikken van gezagsstructuren. Net zoals woorden als 'gezellig' geen direct equivalent hebben in andere talen, zo geldt dat ook voor 'epibreren'.
'Epibreren' in de moderne context
In de huidige digitale wereld, waarin remote werken en het bijhouden van je productiviteit steeds belangrijker worden, duikt 'epibreren' ook in moderne contexten op. Denk aan iemand die tijdens een Zoom-vergadering ogenschijnlijk druk aan het typen is, terwijl hij of zij in werkelijkheid op sociale media aan het scrollen is. Ook in managementlagen komt het voor: rapportages schrijven die uiteindelijk niet gelezen worden of het organiseren van vergaderingen zonder concreet doel. Deze voorbeelden van modern epibreren illustreren dat het fenomeen nog lang niet verdwenen is.